Jack Wouterse
Keefman
Toneel
Indringende toneelsolo over psychiatrisch patiënt Keefman
Laatste kaarten
In een draaikolk van emoties neemt Jack Wouterse zijn publiek
mee naar de binnenwereld van een psychiatrisch patiënt, geeft de
onmacht een stem, creëert empathie, afwijzing, boosheid, compassie
en verdriet.
De monoloog van Jan Arends uit de gelijknamige
verhalenbundel geeft een stem aan de boze, onmachtige binnenwereld
van psychiatrisch patiënt Keefman. In een woedend relaas spreekt
hij zijn zwijgende behandelde psychiater aan. Hij laat hem
retorisch alle hoeken van de kamer zien, verwijt hem, én de wereld,
elk denkbaar zuchtje tegenwind. Wat een aanklacht lijkt tegen het
systeem is tegelijk het portret van een bijzondere figuur. Zijn
referentiekader is de ambachtsschool, maar hij is sluw en gewiekst.
Keefman kan flemen, kent de ironie en beheerst die tot in de
puntjes. Met zijn wendbare geest is hij de psychiater voortdurend
te slim af.
Keefman wil weg uit de inrichting aangezien hij niet gek is,
maar zodra hij genezen wordt verklaard keert hij op een holletje
terug omdat de buitenwereld een gekkenhuis blijkt. Net als je denkt
dat hij tot een heldere zelfanalyse komt, neemt de rebel in hem het
over.
In die draaikolk van emoties neemt Jack Wouterse zijn
publiek mee, geeft de onmacht een stem, creëert empathie,
afwijzing, boosheid, compassie en verdriet.